Ook voor behangers geldt; oefening baart kunst. Toch brengt een aantal basisprincipes je al een eind op weg. Hieronder bespreken we zo een paar kneepjes van het vak. Wij hopen dat ze je helpen om het behang iets vlotter tegen de muren te krijgen.
Voorbereiding
Een goede voorbereiding is half het werk. Dit gezegde geldt dubbel voor behangers. Voor je gaat behangen, moet er immers heel wat gebeuren. Plaatjes en bekledingen moeten van de muren. Stopcontacten moeten bedekt worden, oud papier verwijderd. Beschilderde muren bewerk je vooraf best met trisodium fosfaat.
In alle gevallen is het verder nog voornaam om de te behangen muren te spoelen met water, waarna ze ook lang genoeg moeten drogen. Tegelijk moet je nu eventuele gaten of scheuren dichten.
Meten, snijden en lijmen
Het behangen zelf start best in een ‘veilige’ hoek, bijvoorbeeld achter een deur die naar binnen openzwaait. Je werkt bij voorkeur van links naar rechts. Voor je metingen gebruik je de breedte van het papier min zo’n 1,5 cm overlap. Rechte lijnen trek je met een schietlood of waterpas. Boven en onderaan houd je rekening met een trim van 2,5 cm. Zorg dat je op voorhand goed weet welk patroon de plafondgrens moet volgen.
Hoe je je behang moet lijmen, hangt af van soort en merk. Soms moet je enkel de muren lijmen, soms het behang en soms beiden. Volg de instructies.
Behangen
Voor het behangen laat je je stroken een tiental minuten als een boekje opgeplooid liggen. Vervolgens draag je dit boekje naar de muur en ontvouw je de bovenste helft. Deze plaats je tegen de plafondgrens, rekening houdend met de overlappen. Je wrijft de strook zachtjes glad.
Tijdens het behangen zorgen diagonale sneetjes ervoor dat kreuken vermeden worden en hoeken beter beplakt. Na het behangen is het voornaam de pas gehangen strook te wassen met een spons en zuiver water. Hiervoor moet je het water regelmatig vervangen.
De zomen van stroken hang je tot slot naast en niet over elkaar. Dit is technisch van belang, maar kan ook voor het oog een must zijn, bijvoorbeeld bij fotobehang.